Terug naar overzicht Antwerpse begraafplaatsen Berchem Grave (Nl) 15 – 5 - 1818 / Antwerpen 20 – 1 - 1887 Jan Petrus Van Dieren Het grafmonument van Jan Petrus Van Dieren bevindt zich op perk 06 – B – graf 01.

Jan Petrus Van Dieren was een inwijkeling uit Grave in Noord-Brabant, waar hij in 1818 als zoon van een drukker geboren werd. In 1839 hij op de Meir een drukkerij op, die later werd overgebracht naar de Coppenolstraat en tenslotte naar de Lijnwaadmarkt 9.  Aan de uitbouw van zijn drukkers- en uitgeversbedrijf heeft hij zijn taaie werkkracht gewijd. In 1843 stichtte hij : „Het Handelsblad van Antwerpen", een half wekelijkse uitgave, die in 1848 een dagblad werd, eerst onder hoofdredactie van Lodewijk Vleeschouwer, van 1849 af van August Renier Snieders: onder zijn beheer werd “Het Handelsblad” de belangrijkste Vlaamse krant, en hijzelf de meest toonaangevende journalist van de negentiende eeuw. In het Vlaams-cultureel leven van Antwerpen en dat van Vlaams-België in het algemeen, heeft de onderneming van Van Dieren een belangrijke activiteit ontwikkeld. Er zagen o.m. het licht „Nederlands Letterkundig Woordenboek" van P. Weiland en het „Woordenboek van Nederlandse synoniemen". Op zuiver belletristisch terrein bewees hij grote diensten. Hij gaf bijna alle werken van Hendrik Conscience uit, verder ook gedichten van Theodoor van Rijswijck (1842) en romans en verhalen van August Snieders. Tussen de schrijver van de „Leeuw van Vlaanderen" en diens uitgever ontstond, blijkens de drukke correspondentie van de jaren 1854-1883, een vruchtbare samenwerking en een warme vriendschap. Jan Petrus Van Dieren was op 4 augustus 1843 in 's-Hertogenbosch gehuwd met Mechelina Strunïng ('s-Hertogenbosch 4 februari 1823 - Antwerpen 10 oktober 1891). Uit dit huwelijk werden 12 kinderen geboren, waaronder de zoons Jan en Theofiel die de zaak zouden verder zetten. Toen van Dieren op donderdag 20 januari 1887 overleed, werd hem een treffende rouwhulde gebracht en de aanwezigheid van verschillende personaliteiten op zijn begrafenis waren een bewijs van de grote waardering die zijn culturele en organisatorische arbeid had mogen ondervinden.


Met dank aan Mia Verbanck

voor de informatie.